Om jouw bezoek aan deze website nóg makkelijker en persoonlijker te maken en het gebruik van deze website te kunnen blijven verbeteren, plaatsen we cookies. Ook plaatsen we cookies zodat we je gepersonaliseerde advertenties kunnen tonen. Door op ‘Akkoord’ te klikken accepteer je alle cookies. Lees meer
Wijzig je voorkeur via de ‘Cookie-instellingen’ onder aan de pagina. Lees het
Cookiebeleid
voor meer informatie.
Deze cookies zijn nodig voor de basisfunctionaliteiten van de website en zijn daarom standaard ingeschakeld.
Met deze cookies meten we het gebruik van de website en wordt het mogelijk gemaakt om je een persoonlijkere ervaring te bieden, gebaseerd op je interesses en bestelgedrag. Schakel je deze cookies in, dan kan dat leiden tot een betere ervaring.
Met deze cookies krijg je relevante advertenties en andere content aangeboden op basis van jouw interesses.
Snijd vier coquilles in brunoise. Rasp de sinaasappel en pers het vocht eruit. Doe hetzelfde met de helft van de limoen.
Meng de coquillebrunoise met de rasp en het sap van sinaasappel en limoen. Meng de helft van de knoflook en de helft van de peterselie erdoor. Laat dit minstens vier uur marineren.
Rasp de rest van de limoen en pers deze uit. Meng de rest van de knoflook en de peterselie erdoor. Voeg de Ricard toe, breng op smaak met peper en zout en laat hier de black tiger garnalen minstens vier uur in marineren.
Frituur de schorseneerplakjes op 110˚C krokant tot ze niet meer bruisen. Laat uitlekken op keukenpapier en zout na.
Meng de rucola met wat olijfolie.
Bak de overige vier coquilles in de boter ongeveer 20 seconden aan elke kant. Breng op smaak met zout en peper.
Bak de black tiger garnalen mooi krokant en zout na.
Verhit nog wat olie of boter en bak hierin de vier kwarteleitjes als spiegelei.
Serveer de coquilletartaar als quenelles in de coquilleschelpen met de rest van de ingrediënten erbij.